‘Déserter’ van Goncourt-winnaar Mathias Enard kreeg de Nederlandse titel ‘Dans van verraad’ mee. ‘De deserteur’ had ook gekund, maar ‘Dans van verraad’ leidt ons naar de geheime kern van deze boeiende roman. Die bestaat uit twee verhalen waarvan de lezer verwacht dat ze door middel van een gebeurtenis of personage elkaar ergens zullen snijden, maar dat gebeurt niet, tenzij op het thematische niveau van oorlog, geweld en overleven. De verteller van het eerste verhaal is Irina Heudeber, de 70-jarige dochter van de internationaal vermaarde mathematicus Paul Heudeber en van Maja, zijn felle sociaal-democratische vrouw. Heudebert leefde in de DDR, ook nog na de val van de Muur kritisch maar koppig “wachtend op de komst van het socialisme”. Hij is de auteur van ‘De vermoedens van Ettersberg’, waarin wiskundige onderzoekingen opvallend afwisselen met literaire fragmenten. Hij componeerde het boek in het beruchte kamp van Buchenwald, het Ettersberg waar Goethe vanuit het nabije Weimar natuurwandelingen ondernam. Paul Heudeber werd na zijn arrestatie in Luik ondervraagd en gefolterd, maar overleefde de gevangenschap. In 1995 pleegde hij zelfmoord. Maja voelde zich schuldig omdat zij de arrestatie van Paul niet had verhinderd, maar er waren argumenten om dat niet te doen. De lezer krijgt brieven van het tweetal te lezen en Irma herinnert zich uitvoerig de herdenking aan haar vader tijdens een congres op tien en elf september 2001, op een boot gemeerd aan de Havel bij de Berlijnse Wannsee. Plekken en gebeurtenissen zijn in dit boek historisch gelaagd en problematisch. Als Irina zeventig is herinnert ze zich het heen- en weer gereis als kind tussen de DDR, die haar vader niet wilde verlaten, en de Bondsrepubliek waar haar politiek actieve moeder een gevierde maar om haar contacten ook niet helemaal vertrouwde inwoner was. Hun verwijdering na de oorlog belemmerde hun passionele liefde niet. Irina koos voor de geschiedenis van de wiskunde zodat ze zich op een afstand tussen de wereld van vader en moeder kon bewegen. Uiteindelijk stuit zij, kort na het einde van de pandemie en toen er in Oekraïne een oorlog uitbrak, op een schokkend geheim. Documenten in een Stasi-archief besmetten haar bestaan met een pijnlijke leugen. En dan is er het tweede, tijdeloze verhaal zonder namen van plekken en personen en zonder jaartal. Het proza is een sterk poëtische en zinnelijke evocatie van de lente, in een zo goed als onbewoond berggebied met zicht op de zee. Menig lezer zal hier een plek in de Balkan herkennen, maar de lyrische abstractie is door de auteur strikt aangehouden. Een gedeserteerde soldaat zwerft, vervuild, door zijn onvermelde wandaden verwilderd door een bergachtige streek op zoek naar een verlossende grens, zonder wandelstok maar met geweer. De woordeloze ontmoeting met een jonge vrouw, kaal geschoren, verkracht en afkomstig uit hetzelfde stadje, zal moeizaam een loutering inluiden. De oude en gehavende ezel die de vrouw vergezelt vertegenwoordigt de hardnekkigheid en de hoop in een wereld waar oorlog en geweld de fundamenten van een beschaving hebben aangetast. ‘Dans van verraad’ is een goed gestructureerde, historisch gelaagde en aangrijpende roman waarin liefde en verraad, politiek en wetenschap, natuur en samenleving, wreedheid en mededogen tegenover elkaar staan, zonder dat Mathias Enard de lezer met boodschappen of gemakkelijke oplossingen tracht te verleiden.