Hieronder vindt u de jongste recensies. Selecteer een genre, vervolgens selecteer de recensie die u wenst u te bekijken en klik tenslotte op 'Lees recensie'.
Na Spamfighter (2007) is het de tweede keer dat Anne Vegter een term uit de internetwereld gebruikt als titel voor een dichtbundel, maar vergis je niet, want met Big data worden hier niet zozeer grote datasets bedoeld, als wel ‘gegevens over het varken’ van een man dat de echtgenoot van het ik-personage is. ‘hij is bij me weg en ik denk voorgoed’ jammert de ik in de derde reeks, een monoloog van een vrouw die slingert tussen liefde voor de man die haar liet zitten – ‘mijn man heeft me / na twintig jaar / plotseling verlaten / voor een jonger exemplaar’ – en destructieve woede. Met die ingrediënten wordt een weergaloze eenentwintigste-eeuwse versie van Medea geschreven. Die kan gekoppeld worden aan de eerste reeks, waarin de Zuid-Afrikaanse dichteres Ingrid Jonker aan het woord is. In een nuchtere spreektaal (de afdeling krijgt als genreaanduiding ‘interview’ mee) beschrijft zij hoe ze de speelbal is van twee mannen die haar gebruiken voor hun pleziertje, maar haar niet echt liefhebben of toch niet voor haar kiezen. Tussen die twee monologen van bedrogen vrouwen staat de titelreeks waarin op een meer lyrische manier tegelijk de adoratie voor en de afkeer van de man – het big, het varken – wordt beleden. Drie keer hetzelfde verhaal van drie keer een andere vrouw. Dat wil zeggen: de geschiedenis herhaalt zich. In die zin zijn dit big data in de letterlijke zin: te veel data om nog handig gemanaged te kunnen worden. Big data is een schreeuw, een afrekening, een statement van feminisme, want gaat Jonker nog ten onder aan haar mannen (ze zal zelfmoord plegen), dan is Medea, die vastberaden is om het cliché van de zich herhalende geschiedenis te doorbreken (‘herschrijf haar nu woedend’) duidelijk een sterke vrouw. En Anne Vegter een sterke dichteres.
kunsttijdschriftvlaanderen.be gebruikt technische cookies die noodzakelijk zijn voor de werking van de website.