Hieronder vindt u de jongste recensies. Selecteer een genre, vervolgens selecteer de recensie die u wenst u te bekijken en klik tenslotte op 'Lees recensie'.
De positie van Homeros binnen de antieke cultuur had eeuwenlang Olympische allures. Dichters van het epische genre bleven zich aan hem spiegelen, filosofen als Xenofanes en Plato bekritiseerden hem wegens zijn godsbeeld of de discutabele positie van de poëzie binnen de paideia en de polis, anderen verdedigden de dichter dan weer met een allegorische lezing van zijn werk. Een heel bijzondere vorm van Homeroskritiek werd beoefend door literatoren die de oudste dichter corrigeerden bij wijze van literair spel, dat eigenlijk een uiting was van hun bewondering voor Homeros. Dat fenomeen situeert zich in de eerste eeuw n.C. wanneer in een Romeinse context Griekse schrijvers hun Griekse identiteit willen accentueren door Homeros als referentiepunt te nemen. Onder hen bekleedt Dio Chrysostomos (niet te verwarren met de kerkvader uit de vierde eeuw) een opvallende plaats. Dio was filosoof met vooral cynische en in mindere mate stoïcijnse trekken, maar hij maakte vooral carrière als redenaar binnen de bloeiende voordrachtcultuur van zijn dagen. Hij trad tijdens zijn vele reizen op in alle hoeken van het Imperium en bij die performances behandelde hij themata uit alle domeinen van de antieke cultuur. In zijn ‘Trojaanse redevoering’ bekritiseert hij Homeros op een spitse en onderhoudende wijze door te wijzen op Homeros’ foutieve voorstellingen. Want Helena was helemaal niet geschaakt, de expeditie van de Grieken was iets onbeduidends, het houten paard was een tribuut dat de Grieken moesten betalen, en de Trojanen waren eigenlijk de winnaars die met o.m. Aeneas hun rijk tot in Italië konden uitbreiden. Ofwel wijst Dio op wat Homeros zoal verzwijgt: ‘[Maar kijk nu eens hoe belachelijk het is…] dat de dichter, hoewel hij zich had voorgenomen om de Trojaanse Oorlog te vertellen, de mooiste en grootste gebeurtenissen maar laat zitten en zelfs niet de inname van de stad beschrijft.’ (par. 127) Het literaire spel dat Dio speelt is uiteraard het best te smaken door wie Homeros effectief heeft gelezen, maar de vertaler opent met instructieve en relevante annotaties de deur naar Dio’s fantasierijke kronkels. De vertaling zelf is trouwens van die aard dat zij ook lezers die niet met Homeros vertrouwd zijn, al snel boeit door de retorische tournures van Dio in een adequate stijl en vol gevoel weer te geven. Een tekst als deze viel ooit, met vele andere, tussen de plooien van de (Griekse) literatuur en bleef er bestoft liggen. Overduin redt als wetenschapper en vertaler een radde tong als Dio van de vergetelheid. Tot leesplezier van wie Homeros eens vanuit een vermakelijk standpunt wil benaderen.
kunsttijdschriftvlaanderen.be gebruikt technische cookies die noodzakelijk zijn voor de werking van de website.