Hieronder vindt u de jongste recensies. Selecteer een genre, vervolgens selecteer de recensie die u wenst u te bekijken en klik tenslotte op 'Lees recensie'.
Met de gedichten uit ‘De ogen van de bomen’ spreekt Anne-Marie Demoen in door weemoed en dankbaarheid gedragen verzen haar gestorven geliefde aan, ‘ik spreek met jou / in opwindende / klanken van de luit / met tranen van / trance en van gemis / sidderend in de stilte / bevend verheven / in een zeldzame / bovenaardse / schoonheid’ (uit: ‘Licht’ – p. 10) In de terugblik op het samenzijn met de geliefde gaan droom en verlangen samen, vanuit het besef van eindigheid dat het heden inkleurt: ‘de weemoed ligt geborgen / in vergeten boeken / ik leef tot de voleinding / in de fragiele / tegenwoordige tijd’ (uit: ‘weemoed’ – p. 19) Er is voor haar die afscheid heeft genomen van de geliefde de troost van de muziek (Bach, Monteverdi en Scarlatti onder meer), van dichters als Amanda Gorman die haar de weg naar het woord hebben gewezen, van de rust die uitgaat van de natuur (‘terwijl licht sprankelt / in de ogen van de bomen / en schaduw met je mee beweegt’, en onmiddellijk daarop volgend: ‘afstand kan je verbuigen / tot dichtbij / afwezigheid vul je met / herinneringen en hunkering / wachten is inherent aan leven’ – uit: ‘wachten’ – p. 30-31). De verzen van Anne-Marie Demoen, hier in deze uitgave treffend geïllustreerd met tekeningen van haar zoon Nikolaas, laten zich lezen als een intiem gesprek tussen twee mensen die zoveel voor elkaar hebben betekend en nog steeds betekenen: ‘we sluiten de ogen / voor het mysterie van de ontmoeting / hand in hand / zullen wij wandelen / aan beide zijden / van de wankele grenslijn / tussen leven en dood’ (uit: ‘gondelaar 2’ – p. 57)
kunsttijdschriftvlaanderen.be gebruikt technische cookies die noodzakelijk zijn voor de werking van de website.