Hieronder vindt u de jongste recensies. Selecteer een genre, vervolgens selecteer de recensie die u wenst u te bekijken en klik tenslotte op 'Lees recensie'.
Over de novelle ‘Monsieur Hawarden’ van Filip De Pillecyn, gepubliceerd in 1935, schrijft Tom Lanoye in zijn ‘Woord vooraf’: ‘Een van de spannendste introducties tot het oeuvre van De Pillecyn is deze heruitgave van ‘Monsieur Hawarden’. Niet alleen vanwege de merkwaardige novelle op zichzelf, als kennismaking met de stijl en de gevoeligheden van De Pillecyn, maar zeker ook vanwege het basisgegeven. Het gaat om een verhaal dat letterlijk uit het leven is gegrepen, maar vervolgens zeer vrij naar de hand werd gezet door een auteur die liever zijn verbeelding wenste te volgen dan zich de les te laten lezen door de werkelijkheid.’ Waar Lanoye in zijn inleiding tot de novelle vooral de nadruk legt op het collaboratieverleden van de auteur (‘zonder twijfel was hij de best schrijvende van al onze landverraders’ – p. 9), maakt Annick Lesage in haar ruim bemeten bijdrage ‘Wie was Monsieur Hawarden’ tot in de miniemste details duidelijk hoezeer verbeelding en werkelijkheid verschillen en elkaar toch bevruchten. Haar opzoekwerk oogt indrukwekkend en werpt hoe dan ook een nieuw licht op het meesterwerkje dat ‘Monsieur Hawarden’ is geworden. Onder meer de nauwe band met George Sand wordt sterk benadrukt. Mary Gillibrand (zo heette ‘onze’ Monsieur Hawarden in het echt) ontmoette Sand (met haar echte naam Aurore Dupin) in het Couvent des Dames anglaises in Parijs waar beiden waren ondergebracht (lees: achtergelaten). Lesage noteert: ‘De genderfluïde factor van George Sand laat zich niet in drie woorden uitleggen. En de boon die ze had voor Mary Gillibrand ook niet. Misschien was het in dat pensionaat wel een echte ‘girl crush’ geweest. George Sand is Mary Gillibrand in elk geval nooit vergeten.’ (p. 150) Aan het slot van haar onderzoek blijven voor Annick Lesage nog heel wat vragen: ‘Was Mary Gillibrand in het verkeerde lichaam geboren? Was haar leven daardoor een gesel geweest en zocht ze na een mislukte wanhoopsdaad soelaas in het verre Ligneuville? Had haar katholieke familie haar uitgespuwd? Sloeg ze na jaren van verwarring en eenzaamheid de hand aan zichzelf?’ (p. 217). De heruitgave in de reeks ‘klassiek’ van uitgeverij Tzara brengt het werk van De Pilllecyn op een terechte manier weer onder de aandacht. De illustraties Reinhart Croon en de in het essay van Lesage opgenomen foto’s van personen, locaties en documenten maken het geheel er nog aantrekkelijker op.
kunsttijdschriftvlaanderen.be gebruikt technische cookies die noodzakelijk zijn voor de werking van de website.