Hieronder vindt u de jongste recensies. Selecteer een genre, vervolgens selecteer de recensie die u wenst u te bekijken en klik tenslotte op 'Lees recensie'.
Mede geïnspireerd door leven en werk van Federico Garcia Lorca (1898-1936) maakt Jonas Bruyneel een wandeling van Granada naar de top van de Mulhacén, de hoogste berg van Spanje. In coplaverzen (telkens een strofe van vier verzen die elk apart uit acht lettergrepen bestaan) worden herinneringen aan het leven van Garcia Lorca in beeld gebracht, onder meer aan diens geboortedorp Fuente Vaqueros, ‘daar in dat dorpje wroetten we / de woorden domweg uit de grond. / We braken er voor ontroering / de zongebakken klei open.’ (p. 11) Intimistisch ingekleurde natuurbeelden (‘we kijken dwars door de dampkring / naar het restletsel van de nacht’, of nog: ‘In het volgende witte dorp / druipen de huizen als kaarsvet / over de rand van de helling’) zijn vaak de opstap naar diepgaande bedenkingen over het schrijven, meer bepaald over de poëzie. Zo verklaart Federico: ‘Misschien werd ik dichter, zegt hij, / toen ik vanwege mijn woorden / werd gehaat en monarchisten / briesend stenen naar me gooiden.’// (…) // Zolang je verzen zacht vallen, / zijn ze zonder betekenis.’ (p. 65) En verder, vanuit zijn heel persoonlijk aanvoelen: ‘Zodra poëzie me vastgreep, / was elk nieuw gedicht een poging / om mijn vader trots te maken // (…) De voornaamste belemmering / voor een dichter is de neiging / om de liefde gelijjkmatig / met liefde te beantwoorden.’ (p. 98) Op een ingehouden manier verweeft Bruyneel in zijn relaas van de tocht naar de top van de berg een aantal persoonlijke herinneringen, ‘toen mijn zus van breekbaar lichaam / gemis werd, vertrouw ik hem toe, / vroegen mijn ouders roekeloos / om de tijd even te stoppen’ – p. 76). Ook op poëticaal vlak is er een verwantschap, ‘Federico lijkt wat op mij / in zijn liefde voor vormvaste / radicaal onhippe schoonheid . / In vorm zijn we oud en koppig.’ (p. 44) De manier waarop Jonas Bruyneel een evenwicht heeft weten te creëren tussen beschouwende passages en treffende beschrijvingen (ik onthou dit beeld: ‘Op Federico’s oogleden / bloeit een kantwerk van ijsrozen’) maakt van zijn Mulhacén-project een bijzonder verdienstelijk geheel.
kunsttijdschriftvlaanderen.be gebruikt technische cookies die noodzakelijk zijn voor de werking van de website.