De Britse schrijfster Helen Rappaport is specialiste in de victoriaanse tijd en in revolutionair Rusland en schreef daarover eerder al een twintigtal boeken. In ‘De rebelse Romanov. Julie van Saksen-Coburg, de keizerin die Rusland nooit heeft gehad’ vertelt ze het levensverhaal van Julie van Saksen-Coburg-Saalfeld (Coburg, 1781-Bern, 1860). Julie of Jülchen was het derde kind en de derde dochter van hertog Frans en van hertogin Augusta van Reuss-Ebersdorf en een oudere zus van Leopold I en een tante van de Britse koningin Victoria.
Het leven van deze Duitse prinses is weinig bekend, maar wel belangrijk voor inzicht in de 19de-eeuwse Europese koningshuizen. In 1795 was tsarina Catharina de Grote van Rusland op zoek naar een bruid voor haar kleinzoon Constantijn. Ze werd opmerkzaam gemaakt op de prinsessen uit het verarmde Duitse huis Saksen-Coburg-Saalfeld. Julie werd op 14-jarige leeftijd door haar moeder meegenomen naar Sint-Petersburg en uitgehuwelijkt aan de 17-jarige groothertog Constantijn. Ze bekeerde zich tot het Russisch-orthodoxe geloof en werd als Anna Fjodorovna een Russische grootvorstin, maar kende een ellendig huwelijk. Ze werd verwaarloosd door haar echtgenoot, die het ene moment teder en het andere moment gewelddadig was, en werd een speelbal in de krabbenmand van het Russische hof na Catharina’s dood. In 1801 slaagde Julie erin Rusland te verlaten en eerst in Duitsland en vervolgens in Zwitserland een nieuw leven op te bouwen. Haar als een Engels park aangelegd landgoed Elfenau is nog altijd een park van Bern. Toch duurde het nog tot 1820 vooraleer de scheiding werd uitgesproken. In een tijd waarin koninklijke bruiden zich gedwee overgaven aan gearrangeerde, doch rampzalige huwelijken, bleek Julie een vrouw te zijn die een leven van luxe opofferde in ruil voor de vrijheid om te leven zoals ze wilde.
Rappaport plaatst het verhaal van de tegendraadse grootvorstin in de context van het tumultueuze Europa van het begin van de 19de eeuw. In de proloog vertrekt ze van het Coburghuwelijk tussen Leopold en de Britse kroonprinses Charlotte, dat na anderhalf jaar eindigde met het overlijden van Charlotte in het kinderbed. Dat huwelijk was een gevolg van het twee decennia tevoren afgesloten huwelijk van Julie, waardoor de onooglijke familie Saksen-Coburg-Saalfeld binnen wist te dringen in de top van de Europese vorstenhuizen. Vervolgens beschrijft Rappaport het wel en wee van Julie. De historica sprokkelde daarvoor restanten van de weinig bewaard gebleven correspondentie van en over Julie bijeen in koninklijke en andere archieven, raadpleegde historische kranten en tijdschriften, en dat in het Engels, Duits, Frans én Russisch. Dat alles resulteerde in een vlot leesbare biografie.
Twee kaarten en stambomen van het huis Saksen-Coburg en van de Romanovs vooraan en achteraan noten, een bibliografie en een register vervolledigen deze biografie van de vergeten Russische grootvorstin, zus van koning Leopold I en tante van koningin Victoria. Wel bevat de uitgave een aantal onnauwkeurigheden, zoals Romeinse Rijk waar het Roomse Rijk en Pokla waar het Polka moet zijn. Frederik van Hohenzollern was als keurvorst van Brandenburg Frederik III en werd in 1701 als Frederik I koning en niet keizer ‘in’ en niet van Pruisen en valt niet samen met zijn kleinzoon Frederik II de Grote van Pruisen.